Mijn kat is geobsedeerd door eten
Heb jij een kat die constant om eten zeurt of niets laat staan zonder het te stelen? Voor veel baasjes kan dit behoorlijk frustrerend zijn. Gelukkig is er vaak iets aan te doen – maar eerst moet je begrijpen waar het gedrag vandaan komt.
De oorzaak achterhalen
Voordat je het gedrag kunt veranderen, is het belangrijk om te kijken naar de oorzaak. Waarom doet je kat dit en wat levert het hem op? Pas wanneer je dit weet, kun je gericht aan een oplossing werken.
Medische oorzaken
Sommige medische aandoeningen zorgen voor een verhoogd hongergevoel, zoals een te snel werkende schildklier of problemen met de spijsvertering waardoor voedingsstoffen minder goed worden opgenomen. Vaak zie je naast veel honger ook andere gedrags- of gezondheidsveranderingen. Een dierenarts kan dit uitsluiten of behandelen.
Te weinig eetmomenten
Veel katten krijgen maar twee maaltijden per dag: ’s ochtends en ’s avonds. Dat sluit niet aan bij hun natuurlijke behoefte. In het wild vangt een kat 8 tot 20 kleine prooien per dag. Bovendien hebben katten een kleine maag, waardoor ze sneller weer trek hebben. Met slechts twee maaltijden raken ze dus vaak gefrustreerd en gaan ze op zoek naar eten.
Voer dat niet goed vult
Niet alle voeding is even verzadigend. Soms bevat het te weinig voedingsstoffen of juist veel vetten, waardoor de kat meer wil eten en tegelijk aankomt. Wordt de voeding verminderd om af te vallen, dan wordt de kat nóg gemotiveerder om elders voedsel te zoeken. Een goed uitgebalanceerde voeding met voldoende vezels en voedingsstoffen helpt je kat zich voller te voelen zonder extra kilo’s.
Jong en impulsief
Kittens en jonge katten hebben nog weinig impulscontrole: hun hersenen zijn pas volledig ontwikkeld tussen de 2 en 4 jaar. Het is dus normaal dat ze fanatieker achter eten aangaan. Met tijd, training en structuur neemt dit gedrag vaak af.
Aangeleerd gedrag
Katten zijn slimme gewoontedieren. Ze leren snel dat jij degene bent die eten geeft. Alles wat voorafgaat aan voeren – opstaan, naar de keuken lopen, de koelkast openen – wordt door de kat gekoppeld aan eten. Het gevolg: miauwen, zeuren en frustratie.
Daarnaast kan een kat zichzelf belonen door eten te bemachtigen. Springt hij op het aanrecht en vindt kruimels of restjes? Dan wordt dat gedrag versterkt. Hetzelfde geldt voor eten stelen van tafel of een pootje in je bord.
Wat kun je doen?
1. Sluit medische oorzaken uit
Laat je kat altijd nakijken door de dierenarts voordat je gedragsmatig aan de slag gaat.
2. Onbeperkt voeren
Als je kat niet snel aankomt, kan je onbeperkt voeren. Plaats het voer wel op een plek waar de kat er niet voortdurend aan herinnerd wordt, bijvoorbeeld in een bijkeuken. Combineer dit met voer- of speelborden, zodat je kat moeite moet doen om te eten en langer bezig is.
3. Vaker kleine maaltijden
Wordt je kat te zwaar van onbeperkt voeren? Geef dan meerdere kleine porties per dag. Een voerbak met timer kan handig zijn, zodat je kat ook eten krijgt als je niet thuis bent.
4. Kies ander voer
Als je kat meer hongerig is geworden na een wissel van voeding, kan dat betekenen dat de voeding niet goed verzadigt. Probeer een ander merk of kies voor een voer speciaal voor gewichtsbeheersing, met meer vezels en minder vet.
5. Voorkom succes bij stelen
Zorg dat eten buiten bereik blijft. Springt je kat op tafel of aanrecht, zet hem rustig terug of tijdelijk in een andere kamer. Laat geen eten onbeheerd staan, zodat je kat zichzelf niet steeds kan belonen.
6. Doorbreek het patroon
Omdat katten snel routines herkennen, helpt het om voorspelbare signalen rond eten te veranderen:
- Gebruik een voerbak met timer.
- Bewaar voer op een plek waar je weinig komt.
- Zet je kat even apart terwijl jij het eten klaarmaakt.
Een kat die geobsedeerd is door eten kan je wanhopig maken, maar meestal is het gedrag goed te sturen. Met medische controle, een aangepast voerschema en duidelijke regels kan je kat leren dat eten niet altijd en overal beschikbaar is – en krijgen jullie samen weer rust in huis.