Gedragsveranderingen door pijn

Als paraveterinair en kattengedragstherapeut zie ik regelmatig katten met onverklaarbare gedragsveranderingen. Vaak denkt een eigenaar eerst aan “verveling”, “dominantie” of “ouderdom”, maar een veelvoorkomende, en vaak onderschatte, oorzaak is pijn. Vooral pijn aan gewrichten en botten (zoals bij artrose) speelt een grote rol bij gedragsveranderingen bij katten.

Waarom katten pijn zo goed verbergen

Katten zijn van nature meesters in het verbergen van ongemak. In de natuur is het tonen van pijn een teken van zwakte, en dat kan een kat haar leven kosten. Bovendien worden katten in het wild zelden écht oud — een kat die niet meer goed kan jagen of snel kan reageren, overleeft simpelweg niet. Dat betekent dat pijn of traagheid al op relatief jonge leeftijd fataal zou kunnen zijn. Dit instinct zit nog steeds diep in onze huiskatten verankerd.

Het gevolg: een kat met forse gewrichtspijn kan er aan de buitenkant ogenschijnlijk “prima” uitzien, terwijl ze intussen haar gedrag subtiel aanpast om pijn te vermijden. Een kat van acht jaar die zich plotseling terugtrekt of minder beweegt, is dus níet “gewoon ouder aan het worden”, maar mogelijk een kat die ongemak ervaart.

Subtiele gedragsveranderingen die kunnen wijzen op pijn

Let op deze signalen, zeker bij middelbare en oudere katten:

  • Minder springen – de kat gebruikt liever tussenstapjes of vermijdt de vensterbank of kast helemaal.

  • Slaapt op lagere plekken – eerder op een kleedje of stoel dan op de krabpaal.

  • Onzindelijkheid – vooral als de kattenbak moeilijk toegankelijk is (hoge rand, trappetje).

  • Prikkelbaarheid of agressie – aanraken op een pijnlijke plek (zoals heupen of rug) kan een plotselinge uithaal of grommen uitlokken.

  • Minder sociaal gedrag – de kat trekt zich vaker terug of speelt niet meer met andere katten of mensen.

  • Veranderd poetsgedrag – overmatig likken op één plek, of juist verwaarlozen van de vachtverzorging.

  • Verminderde eetlust – soms omdat de houding bij eten ongemakkelijk wordt.

Al deze gedragsveranderingen zijn manieren waarop een kat probeert pijn te vermijden of te compenseren.

De fysiologische impact van chronische pijn

Chronische pijn beïnvloedt niet alleen het lichaam, maar ook het brein en gedrag. Door voortdurende pijnprikkels raakt het zenuwstelsel overgevoelig: de kat ontwikkelt een “pijngeheugen”. Zelfs als de oorspronkelijke ontsteking vermindert, blijft het zenuwstelsel pijnsignalen sturen. Hierdoor verliest de kat vertrouwen in haar eigen lichaam — ze beweegt minder, verkrampt sneller en raakt gestrest.

Stress op zijn beurt beïnvloedt het gedrag verder: een kat kan hyperalert worden, sneller uitvallen of juist passief en apathisch lijken.

Medicamenteuze behandeling: tijd en consistentie zijn cruciaal

Bij pijn aan gewrichten en botten, zoals bij artrose, worden meestal NSAID’s (ontstekingsremmende pijnstillers) voorgeschreven, bijvoorbeeld:

  • Meloxicam (Metacam®)

  • Robenacoxib (Onsior®)

Belangrijk: deze medicatie moet minimaal 6 tot 8 weken consequent worden gegeven om het gewenste effect te bereiken.
Veel eigenaren stoppen te vroeg – vaak zodra de kat weer wat beter lijkt te lopen – maar dan is het herstel nog niet compleet. Die weken zijn nodig om het vertrouwen in het eigen lichaam te herstellen: de kat moet leren dat bewegen niet meer pijnlijk is.

 

Wanneer er sprake is van neuropathische pijn (zenuwpijn), bijvoorbeeld bij langdurige of onbehandelde artrose, na een trauma, of wanneer een kat lang pijn heeft gehad en daardoor het zenuwstelsel overgevoelig is geworden, kan het nodig zijn om gabapentine toe te voegen. Deze vorm van pijn kan al ontstaan wanneer gewrichten of weefsels langere tijd ontstoken zijn en de pijnsignalen continu naar de hersenen blijven gaan. Het zenuwstelsel “leert” dan als het ware om pijn te blijven voelen, ook als de oorspronkelijke oorzaak minder actief is.

 

Gabapentine helpt die overgevoelige zenuwsignalen te dempen en het “pijngeheugen” te resetten, zodat het lichaam en brein weer leren dat bewegen veilig is.

 

Een goede pijnbehandeling is dus meer dan symptoombestrijding – het helpt de kat letterlijk weer te leren leven zonder pijn.

Gedragsmatige en omgevingsaanpassingen

Naast medicatie is het essentieel om de leefomgeving van de kat aan te passen. Pijnvrij bewegen is de basis, maar een kat met gewrichtsproblemen moet ook veilig en comfortabel kunnen functioneren in haar dagelijkse routine.

Praktische tips voor eigenaren

 

Huis & omgeving

  • Maak belangrijke plekken bereikbaar: plaats opstapjes of lage krabpalen bij favoriete ligplekken of vensterbanken.

  • Warme ligplekken: kies zachte, warme mandjes (pijnlijke gewrichten reageren slecht op kou).

  • Vermijd gladde vloeren: leg vloerkleedjes of matten neer zodat de kat niet wegglijdt.

  • Voer- en drinkbak op hoogte: zorg dat de kat niet hoeft te bukken.

 

Kattenbakmanagement

  • Plaats de kattenbak op de verdieping waar de kat het meest verblijft.

  • Gebruik een ruime kattenbak met lage instap of open zijkant, zodat instappen geen pijn doet.

  • Gebruik klontvormend, fijn grint– dat is prettiger aan gevoelige pootjes.

 

Mentale en sociale aspecten

  • Beperk stress: stabiele routines en voorspelbare interacties zijn belangrijk.

  • Kies rustige speeltjes: langzame hengelspelletjes zijn beter dan wilde achtervolgingen.

  • Stimuleer beweging op maat: kleine, gecontroleerde bewegingen helpen gewrichten soepel te houden.

  • Blijf spelen! Ook bij oudere of pijngevoelige katten blijft spel essentieel. Rust roest — het lichaam heeft regelmatige, milde beweging nodig om soepel te blijven. Plan liever meerdere korte, rustige speelsessies per dag dan één intensief moment. Gebruik spelletjes waarbij de kat rustig kan rekken, draaien of stappen zonder te hoeven springen of rennen. Zo blijft het lichaam actief, de spieren sterk en de geest scherp,

 

Controle en opvolging

  • Plan regelmatige controles bij de dierenarts om effect van medicatie te beoordelen.

  • Laat de dosering nooit zomaar stoppen of aanpassen zonder overleg.

Aanvullende en alternatieve ondersteuning

Naast medicatie en aanpassingen in huis zijn er diverse aanvullende therapieën en ondersteunende middelen die kunnen helpen om pijn, stijfheid en spierzwakte bij katten met gewrichts- of botproblemen te verminderen. Deze kunnen de kwaliteit van leven aanzienlijk verbeteren en het effect van reguliere behandelingen versterken.

 

Fysiotherapie & bewegingstherapie

Onder begeleiding van een dierenfysiotherapeut kan een kat leren om haar spieren weer veilig te gebruiken. Denk aan lichte mobilisatieoefeningen, massage en soms zelfs hydrotherapie (zwemmen of lopen in water). Deze behandelingen verbeteren de doorbloeding, verminderen stijfheid en helpen bij het opbouwen van spierkracht rondom de gewrichten.

 

Warmtebehandeling

Warmte helpt om stijve spieren en gewrichten te ontspannen.

  • Warmtemat of warmtekussen: Leg een veilig, lauw warmtematje neer op een favoriete rustplek. Let op dat het niet te heet wordt en de kat altijd de keuze heeft om weg te gaan.

  • Infraroodlamp: Korte sessies (en altijd onder toezicht) kunnen de doorbloeding stimuleren en pijnlijke plekken versoepelen. Dit is vooral prettig bij koud en vochtig weer.

 

Voedingssupplementen voor gewrichten

Er zijn verschillende supplementen die de gewrichtsgezondheid kunnen ondersteunen:

  • Glucosamine en chondroïtine helpen bij de opbouw en bescherming van het kraakbeen.

  • Omega-3 vetzuren (EPA en DHA) hebben een ontstekingsremmend effect.

  • Groenlipmossel, MSM of collageen kunnen extra ondersteuning bieden bij de smering en elasticiteit van gewrichten.

 

Let wel: het effect van deze supplementen bouwt zich geleidelijk op, vaak pas zichtbaar na 6 tot 8 weken. En hoewel ze ondersteunend werken, vervangen ze nooit de reguliere pijnmedicatie bij echte artrose of botpijn.

 

Holistische benadering

Een combinatie van medische behandeling, gerichte beweging, warmte en voedingsondersteuning werkt vaak het best. Het doel is niet alleen pijnvermindering, maar ook herstel van vertrouwen, soepelheid en levensplezier.

Conclusie

Pijn aan gewrichten en botten beïnvloedt het lichaam én gedrag van de kat diepgaand. Wat lijkt op “gedragsproblemen” is vaak een signaal van lichamelijk ongemak. Een juiste combinatie van medicatie, gedragsbegeleiding en aanpassingen in huis kan een wereld van verschil maken.

Een kat die zich weer durft te bewegen, vertrouwen krijgt in haar lichaam en zonder pijn kan leven, zal dat ook in haar gedrag laten zien — vaak letterlijk met een zucht van opluchting en een herontdekte speelsheid.